Saturday, December 15, 2007

Kerst- en ander gedoe

Waarde goedgelovigen,

Op deze heuglijke dag wens ik mij wederom tot jullie te richten met het opzet ieder van jullie - en één van jullie in het bijzonder - te verlustigen met een divertimento van uiteenlopende gegevenheden, zowel op sportief, als op muzikaal, politiek, sociaal, familiaal en professioneel vlak. Wat de vorige uitspraak precies betekent, is ook voor mij op dit eigenste moment nog een immens enigma, edoch ik vertrouw erop dat concentratie, inspiratie en de noodzakelijke transpiratie uiteindelijk voor een encycliek tot vermaakschap van al mijn volgelingen zullen leiden.

Zo was er die gedenkwaardige novemberzondag waarop mijne Pauselijkheid zich ten zoveelste male in het gezelschap mocht verheugen van een schare volgelingen die zich onder mijn Publieke Relatie begaven aan het afleggen van tienduizend meter, zich enkel voortbewegend op de eigen onderdanen. Een afbeelding van wat zich bij enkelen onder hen afspeelde, zowel uiterlijk als inwendig, alvorens deze Horendonkse - of eerder Uilse - Manifestatie aan te vatten, wil ik jullie niet onthouden en laat ik jullie in de hieropvolgende afbeelding bewonderen.

Dat somigen onder ons, lang na het overschrijden van de eindmeet, bleven overgaan tot het nuttigen van allerhande kelken, waarbij niet uitsluitend water en wijn, al dan niet met mekaar vermengd, geconsumeerd werden, kan beschouwd worden als een doodnormale bezigheid en kunnen jullie eveneens aanschouwen in volgend tafereel, waarbij zowel de coach als de PR-man van het PITO-Ladies-Running-Team, waaronder een veelbelovende debutante, bij hoog en laag bleven beweren dat zij de komende nacht goed wensten te slapen. Het volgende etmaal bevestigden zij tevens volmondig en bij herhaling dat hun wens inderdaad ingewilligd geworden was.

Beide personaliteiten gaan ervanuit dat zulke evenementen nog meermaals zullen doorgaan en zullen, in de mate van het mogelijke paraat staan om met hun presentie dergelijke gebeurtenissen ook in de toekomst nog op te fleuren en een zeker cachet te verlenen.

Spoedig daarna kwam natuurlijk de Goedheilig Man op de daken klauteren, niet gehinderd door enige ijsgladheid of kilometerlange files doorheen het ganse land. Dat Hij daarbij ook ons buitenverblijf niet vergat en talrijke (of moet ik hier talloze gebruiken?) presenten en presentjes achterliet, kan afgeleid worden uit onderstaand beeld, waaruit meteen ook blijkt dat Hij reeds de verre toekomst voorbereidt, door ervoor te zorgen dat onze Pauselijke nakomelingen zich reeds lang voor de verplichte schoolse leeftijd bekwamen in het opstellen van behoorlijke bordplannen, en zulks wijselijk gescheiden door de borden zelf. Dat de jongste, Wanne, bij deze activiteit een megamindyniaanse vorm van doorlichting demonstreert, kan erop wijzen dat zij niet enkel zal kiezen voor het educatief beroep van haar grootjes, maar zelfs zal wensen door te stoten tot de functie van inspecterend ambtenaar.

En dat de bisschop van het eertijds Lycische Myra mijn eigen Pauselijkheid verraste met een bibliofiele editie van Snoecks 2008 mag hier zekerlijk nog vermeld worden. Voor een afbeelding daarvan is er hier geen plaats. Belangstellenden verwijs ik graag naar de berichten van mijn hogelijk gewaardeerde kompaan, Marco Polo, waar een multiplum van gelijkaardige illustraties kan bekeken worden( zie CofaniFunebri.com aldaar).

Ik had jullie in mijn pontificale generositeit insgelijks muzikale berichten voorgespiegeld en die komen momentaan aan de orde. Enerzijds was er op de eerste decemberzondag een onvergetelijke uitvoering door het BMO (neen, niet het Bureau voor Maatschappelijke Ontwikkeling of the British Mathematical Olympiads, maar het Brasschaats Mandoline Orkest !) tijdens de Artiestenmis in de Carolus Borromeuskerk. Afbeeldingen van dat hartversterkende optreden kan ik jullie niet serveren, maar toch wil ik jullie een beeld van het orkest, met Pieter symbolisch zowat in het midden vooraan, niet onthouden.

Anderzijds was er de dag daarop een ten gehore brengen, weliswaar nog tijdens de Kerstsperperiode, van een aantal kerstliederen door het "schitterende" koor Rietsanck, dat ik niet langer aan jullie dien voor te stellen. Door technische toestanden en andere ingewikkeldheden beschikken wij vandaag nog niet over opnamen van die avond zelve en daarom zie ik mij genoodzaakt u hieronder de beeltenis van een BV te tonen, met op de achtergrond de blinkende naam van deze schitterende locatie in het Elzenveld.

Een bijkomende steun in de rug was voor mij persoonlijk het feit dat ik ongestoord en ongehinderd de plaats kon verlaten, nadat wij ons "ding gedaan hadden". Inderdaad, een hele opluchting voor mijn al niet meer zo jeugdige Doorluchtigheid !

Tussen deze twee muzikale esbattementen door brachten Aloysia Prima en ikzelf een boeiende namiddag door in de KoninginFabiolazaal, gefascineerd als wij beiden waren door één van onze grote voorgangers in het vak van taalkundigen, rijmelaars, woordenboekverslinders, die in de tentoonstelling ofte exhibitie 'Portret van een woordenaar' na vierhonderd jaar de algemene erkenning krijgt, waarop hij al veel langer recht had. Dat het hier gaat om een stadsgenoot van één van mijn illustere collega's, afkomstig van Kiel in Duffel, verschafte bij het bekijken en beluisteren en interactief deelnemen een extragenot (of extra-genot; extra genot: kies zelf maar). Hieronder kunnen jullie een afbeelding aantreffen van de genoemde Cornelius Kilianus, vergis jullie echter niet: elke gelijkenis met ondergetekende Aloysius Primus is louter toevallig !

Het bijkomende gegeven dat deze tentoonstelling (nog tot 6 januari 2008 open) gratis toegankelijkheid biedt voor provinciepersoneelsleden op eenvoudig vertoon van een lidkaart als bewijsstuk, opent voor een groot aantal onder ons ruime perspectieven, mag ik verhopen.

Deze blog zou niet authentiek zijn, mochten wij niet links of rechts, noord of zuid, hier of daar een melding, een zijdelingse verwijzing maken naar onze expatriottische nakomeling, met name Fré, dit weekend en de komende vier dagen zich nog altijd ver onder de equator bevindend. Dat het leerrijke, vrijmoedige avontuur bijna op zijn einde loopt is voor ons een bijkomende reden om hier kond te doen van zijn nakende thuiskomst. De link met de vorige alinea is niet zo moeilijk te leggen, zeker niet als wij vaststellen dat de Afrikaanse taal vol zit met geweldige vindsels van autochtone woordenaars. In het onderstaande herkennen de meesten ongetwijfeld onmiddellijk een verwijzing naar de alomgeprezen computerlokalen in ons dierbare, geliefde Instituut

De gegevenheid dat onze Fré weldra zijn rekenaarlokaal en alle mogelijke toebehorigheden, kameraden en kameraderinnen in Johannesburg de rug zal toekeren verschaft ons de gelegenheid bovenstaande afbeelding naadloos te publiceren.

En dan is er tenslotte nog het politieke gedoe, maar daarover kunnen wij kort zijn - er is al meer dan trop of te veel tijd verloren aan virtuele onderhandelingen - en daarom willen we dit bericht graag bijna afsluiten met een veelbetekenende illustratie, getiteld La Ultima Cena, om het in de taal van de creator en van Signore Spaghetti te exprimeren.


Een allerlaatste bedenksel (dat is beloofd) kan niet anders zijn dan het volgende: Aloysia Prima en Aloysius Primus wensen iedereen die dit leest - en nog veel meer die het niet lezen - een Zalige Kerst en een Gelukkig Nieuwjaar toe. Zij spreken tegelijkertijd de wens uit, dat zij het komende jaar verder kunnen gaan met deze maandelijkse traditie.

A.P.