Thursday, February 15, 2007

Introibo ad altare Dei

Beminde volgelingen,

Eertijds, lang voordat Fré Africanisé het levenslicht zag, begon elke wekelijkse hoogmis met de gezegende woorden die de titel van dit bericht vormen, uitgesproken met de rug naar den volke gekeerd. Zij werden blindelings, zelfs gedachteloos, beantwoord door de vele misdienaars onder jullie, en door één in het bijzonder, met de even magische woorden "Ad Deum, qui laetificat iuventutem meam" en thans, na zovele decenniën, begrijpen de senioren onder ons, en één ... , de precieze draagwijdte ervan. Inderdaad (idd), onze jeugd werd toen nog blij gemaakt (met een dooie mus). Heden ten dage ondervindt de jeugd gans andere emotionele beïnvloedingen, die evenwel een minstens even grote impact hebben als de Latijnse formules uit onze Hoogheilige jeugd.
Dit alles slechts als inleiding dienende om met graagte in te gaan op de suggestie van onze enige mannelijke nazaat om tijdens deze maandelijkse hoogmis enkele van zijn verlorengegane ofte gestolen dierbare objecten te gedenken en te eren.

Hierboven bemerk je een afbeelding van de packman van Fré, één van de twee rugzakken die vorige maandag door inbekers meegenomen werden, zonder daarvoor enige permissie te vragen. Daarnaast zorgden de genoemde wetsovertreders eveneens voor de verdwijning van zijn laptop, die je hieronder kan bemerken in het gezelschap van een gelijkaardig voorwerp, toebehorende aan een medebewoner van hetzelfde pand, waar Fré allicht nog een veertiental dagen zal verblijven.

Via dit bericht wensen wij Fré en de zijnen een veiliger toekomst en morgen vernemen we wel wat meer actualia via een hopelijk lange chatsessie.

Sinds de vorige maandelijkse hoogmis is er hier ten huize Aloysii Primi niet zo heel veel meldenswaardigs geschied, zodat wij enkel kunnen teruggrijpen naar de winterstorm van afgelopen 18 januari, waarbij ook in onze omgeving wat schade te herstellen viel. Het ging hierbij vooral om een klimopafscheiding tussen ons landgoed en dat van de buren, waarbij vooral mijn geëerde buurman met de niet-mis-te-verstane-pauselijke-naam Leo zorgde voor een kordate en efficiënte aanpak, zowel op administratief als op praktisch gebied; van dat laatste bemerk je hieronder een duidelijk voorbeeld.

Een laatste exploot van onze pauselijke familie, waarbij de figuur van Aloysia Prima zeker niet weggecijferd mag worden, ligt ten slotte mijns inziens bij de verwerving van een "nieuw" vierwielig gemotoriseerd vehikel dat deze week, op regenachtige morgenden mede kon instaan voor een veilige, droge transportatie van mijn eigen persoon instituutwaarts, namelijk een Seat Altea, die je hieronder ook weer kan bewonderen, waarbij ook de kleur lluvia(= regen)blauw niet zomaar gekozen is.

Sommigen, onder wie één in het bijzonder, vragen zich nu allicht af hoe het toch mogelijk is dat ondergetekende, ondanks alle vermelde plannen toch in staat is geweest om dit bericht alsnog op deze gedenkwaardige pitodag (idd zesennegentig vervangingsuren, waarbij geen rekening werd gehouden met de afwezigheid van 2 praktijkleraren, een voorlopig absoluut record tijdens mijn bijna zesendertigjarige carrière). Wel, om een lang verhaal kort te houden: vanavond, toen wij op het punt stonden naar een (duivels)hoogmis van de Zwarte Komedie te vertrekken, meldde men ons telefonisch, dat, wegens ziekte van één van de actrices, de vertoning heden niet kon plaatsvinden, maar dat wij overmorgen zaterdag nog welkom zullen zijn.

Zo zie je maar weer: elke medaille heeft zijn keerzijde, waarbij onwillekeurig weer verwezen wordt naar die zilveren Burger Eerste Klas-medaille, ontvangen uit de handen van één onzer deputés. Eén ding staat als een paal boven water: voor mijn geliefde en mijzelf blijft deze vijftiende februari 2007 onvergetelijk, in menig opzicht.